-------------------------------
-------------------------------
--------------------------------------------------------------Met de muziek mee …
Nu net drie weken geleden werd de serie hoorzittingen naar de ramp met de El Faro afgesloten. Het wachten is op de eindrapporten en de conclusies van de NTSB en de US Coast Guard, maar voordat die gepubliceerd worden, zijn we anderhalf jaar verder. Deze instanties stellen onafhankelijk van elkaar een rapport op, trekken hun eigen conclusies en doen hun eigen aanbevelingen. Mogelijk is de NTSB wat eerder klaar den de USCG, maar dat doet verder niet ter zake. We moeten gewoon nog even wachten om te vernemen wat de geleerden ervan denken. Ik kan me vergissen en ik baseer het alleen maar op een gevoel en op dat wat ik van die mensen zie en hoor, maar ik verwacht meer ván - en heb meer vertrouwen ín - het rapport van de NTSB dan in dat van de US Coast Guard. De US Coast Guard heeft volgens mij boter op het hoofd en dan wordt objectief oordelen al gauw moeilijk.
Intussen blijven er berichten en artikelen over deze tragische gebeurtenis in de Amerikaanse pers verschijnen. Niet dagelijks, maar wel wekelijks. Zo ook afgelopen vrijdag weer, deze keer in The Bourne Enterprise, een plaatselijke krant die in Bourne, Massachusetts, verschijnt. Daar is men geïnteresseerd in de ramp omdat twee opvarenden hun opleiding hadden gekregen aan de Massachusetts Maritime Academy die in Bourne gevestigd is. Dat waren de hoofdwerktuigkundige van de El Faro Jeffrey Mathias die daar in 1996 afstudeerde, en Keith Griffin, de tweede werktuigkundige die zijn studie in 2005 afrondde.
In die krant verscheen een editorial - een hoofdartikel, redactioneel artikel - met de kop:
Lessons From Tragedy For Tomorrow's Mariners.
Het lijkt me niet nodig dit te vertalen. Er moet lering worden getrokken uit deze ramp en onderzocht moet worden of de regels en voorschriften mogelijk moeten worden veranderd. In dit hoofdartikel komt ene professor James Murphy van de Massachusetts Maritime Academy aan het woord en die zegt een paar dingen die mij vreemd troffen.
Ik ben een zeikerd, ik weet het, en misschien kan ik beter gewoon mijn bek houden, maar ik blijf toch ergens mee zitten en dat is het volgende. Helemaal in het begin van onze gedachtewisselingen over de ramp met de El Far, sprak ik mijn twijfels uit over de Amerikaanse zeevaartopleidingen. Twijfels is misschien niet het juiste woord; ik zette er vraagtekens bij, maar stelde wel dat ik er moeilijk over kon oordelen. Op 23 oktober 20015, dus drie weken na de ramp, schreef ik op pagina 7 van dit topic:
De Amerikanen voelen zich op velerlei gebied waaronder de scheepvaart verre superieur boven andere landen, maar hoe zit dat tegenwoordig met de Amerikaanse diploma’s? Wat is het niveau van die opleidingen? Zo’n school als de Maine Maritime Academy waar een aantal mensen van de El Faro vandaan kwamen, ziet er dan wel prachtig uit, maar wat is het werkelijke niveau? Wat zijn de exameneisen?
Nogmaals: ik weet niet hoe het nu is, maar zo’n vijftig jaar geleden deden we nogal schamper over Amerikaanse diploma’s en dan vooral over de examens van de US Coast Guard met zijn multiple choice vragen. Als je een Nederlands diploma had, was het halen van een Amerikaans diploma een fluitje van een cent. Natuurlijk hebben ook de Amerikanen sinds jaar en dag heel goed gevaren, maar dat deden de ouwe, schippers die met een tjalk naar verre landen voeren ook. Welke eisen worden er aan de kapitein van een Amerikaans schip gesteld?
Dat zijn toch dingen die je je bij een ramp als die van de El Faro gaat afvragen.
In de maanden daarna heb ik me daar wat verder in verdiept en misschien heb ik het ergens in dit topic ook wel genoemd, maar het resultaat van al dat spitten en lezen en kijken was dat ik niet anders kon concluderen dat het met die Amerikanen opleidingen tegenwoordig wel goed zat. Wat bliksem, kijk toch eens naar die prachtige scholen en dan vooral naar de zes State Maritime Academies , de SMA's! Dat is geen kattenpis, hoor. Het kost een paar centen, maar dan heb je ook wat. Een college-opleiding van vier jaar kost in Amerika door de bank genomen 30.000 dollar per jaar, al red je het daar op de Massachusetts Maritime Academy dan ook lang niet mee, maar daar heb je dan ook een hoop plezier voor. Sport, sport en nog eens sport, toneel, veel muziek ook - de MMA heeft maar liefst zeven orkesten waarvan de Massachusetts Maritime Academy Regimental Band & Chorus met 60 man - en vrouw - het grootste is. Die zie je op de foto in de kop van dit stukkie in Disney marcheren en musiceren. Kijk, daar heb je in je latere leven natuurlijk een hoop plezier van. Die State Maritime Academies hebben bijna allemaal een trainingsschip, een écht schip waar ze échte reizen mee maken. Een zomercruise en een wintercruise. Als je als student zo'n cruise mee wil maken - en dat moet je natuurlijk doen, wil je je studie met succes afronden - dan kost dat ook weer een paar centen. Op het MMA is dat afhankelijk van de cruise tussen de 4500 en 8000 dollar, maar het wel heel iets anders dan een week op het IJsselmeer met de Prinses weet-ik-veel.
Vandaar dat ik zeg dat die Amerikaanse maritieme academies bepaald geen kattenpis zijn. Voor die prijzen en met al die mogelijkheden kan het immers niet anders of ze leveren eersteklas maritieme officieren af waar de rest van de wereld een punt aan kan zuigen. De president van het andere opleilidingsinstituut waar een aantal van de mensen van de El Faro vandaan kwam, de Maine Maritime Academy, wil dat weten ook. Die stelt gewoon recht voor de raap - en ik citeer:
Maine Maritime has been recognized as the global leader in providing the highest quality engineering, management, science and transportation education.
Alsjeblieft, daar wordt een mens wel even stil van. Dat is andere koek dan die zeevaartscholen in Delfzijl, Rotterdam en opnieuw Delfzijl waar ik de theorie van het schippersvak - in bij elkaar toch ook bijna vier jaar - heb geleerd. Niks muziekkorpsen en ook geen toneel. Niks cruises van duizenden dollars. Daar was de directeur geen president en ook had hij niet de rang van "rear admiral" - schout-bij-nacht, zeggen wij - zoals die mannen in Amerika, want die doen niet minder. Dat waren op een enkele uitzondering na allemaal jongens van de lange omvaart die een baan aan de wal ambieerden en een lerarenopleiding waren gaan volgen. Mijn leraren waren geen professoren, maar gewoon mannen die van wanten wisten. Mannen uit de praktijk. En de enige marineofficier die ertussen zat, was de beste leraar zeevaartkunde die ik ooit heb gehad. Die had op kosten van de belastingbetaler in de baas zijn tijd de zeer pittige Douwecursus gedaan en dat gunde ik hem van harte, want dat was welbesteed belastinggeld.
Daarmee kom ik weer terug bij die geleerde die in dat Amerikaanse krantje aan het woord is. Dat is professor James Murphy van de Massachusetts Maritime Academy. Ik geef onmiddellijk toe: die colleges staan op het niveau van een universiteit en dus is hij hoogleraar oftewel hooggeleerd. Hij is daar aan de MMA "professor of marine transportation". Hoe moet ik dat vertalen? Hoogleraar zeevaart kunde of hoogleraar zeemanschap of een combinatie van beide? Maakt verder ook weinig uit; hij is een groot geleerde op nautisch gebied, dat mogen we natuurlijk gevoegllijk aannemen. Hij is de man die zegt dat we lering moeten trekken uit de ramp met de El Faro en dan zegt hij - en ik kopieer en plak terwijl de onderstrepingen van mij zijn:
“It was a classic cascade event. One thing goes, then the next thing goes, then the next thing goes,” he said. “If at any point along the way they were able to break that chain, the ship might have survived.”
The chain of mistakes includes allowing the ship to be anywhere near Hurricane Joaquin, adjustments made to course and speed, and operating the vessel with only one boiler while the second boiler was undergoing repairs, he said.
Mistakes were also made when the captain based some of his decisions on six-hour-old weather forecasts from his office rather than up-to-the-minute reports on the bridge.
Hij zegt hier met zoveel woorden dat de oorzaak in de allereerste plaats gezocht moet worden in falen van de kapitein van de El Faro. Daarin ga ik helemaal met hem mee en dat heb ik vanaf dag één gezegd, maar dat was makkelijk zat omdat je daar bepaald niet hooggeleerd in de zeemanskunst voor hoeft te zijn. Daarvoor volstaat het niveau van gecertificeerd potjesschipper ruimschoots.
Maar dan vervolgt de hooggeleerde professor Murphy:
“We can take what we know about what happened and adapt our training, our teaching,” he said.
For one thing, he said the maritime industry has to do a better job with teaching how a damaged hull affects a ship’s stability in rough seas—what he called damaged stability.
“When you get flooding—a hull breach—what happens then? How will the ship react? We don’t do a good enough job with that.”
He said the industry needs to also boost its efforts on meteorological education.
“We need to do more with how hurricanes form; how they act; how they move; and how we should maneuver,” he said.
He said extra emphasis must be placed on the importance of constant situational awareness.
“Because when things are good at sea, they’re good. But when they go to hell, they go to hell in a handbasket. You need to be ready. You need to be thinking. You need to act fast.”
Hier zakt me de broek nu toch bijkans van af. Professor Murphy zegt dat er meer aandacht dient te worden gegeven aan het onderwijzen van lekstabiliteit en orkaannavigatie. Ik denk dat de opleidingsprogramma's van de zes Amerikaanse State Maritime Academies weinig van elkaar zullen verschillen en waarschijnlijk zelfs exact hetzelfde zullen zijn. Als je dan het lef hebt om te pretenderen, de treurige moed hebt om op je website te schrijven, dat je erkend wereldleider bent op het gebied van nautisch onderwijs, dan moeten de mannen en vrouwen die op jouw instituut afstuderen álles van lekstabiliteit weten en álles van orkaannavigatie. Dan mag daar niets meer aan mankeren en moeten zij een niveau hebben bereikt waarop ze ánderen alles kunnen leren van lekstabiliteit en orkaannavigatie.
Ik zat niet op een maritieme academie met een schout-bij-nacht als president en professoren die college gaven. Ik zat gewoon op de zeevaartschool in Delfzijl bij Kees Metzlar die daar directeur was en tegelijkertijd ook les gaf. Ik leerde de lekstabiliteit van een gozer met een warrige baard en een stem die schor was van de zware shag en misschien ook van de zeer oude genever, dat weet ik niet. Dat was een gouden kerel die Goldberg heette en die ons dat heel degelijk leerde. Dat was gewoon een vent die eerst had gevaren, maar liever aan de wal ging en een lerarenopleiding had gevolgd. Orkaannavigatie werd me minstens zo degelijk geleerd door ene heer Doesburg, een zeer bescheiden man met een zachte stem die, meen ik, bij de KNSM had gevaren. Die leerde ons dat zó goed dat ik het nooit meer vergeten ben en die me bij de eerste berichten over het vergaan van de El Faro nadat ik de positie en de rouite had gezien, deed opveren en denken: hoe kon hij dit in godsnaam doen? Dit druist volledig in tegen de meest basale regels van de orkaannavigatie. Daar schijnen ze daar in Amerika als wereldleiders op het gebied van het nautisch onderwijs nu pas achter te komen. Tegen de juiste vergoeding ben ik gaarne bereid om een poosje naar Amerika te gaan en ze te vertellen hoe dat moet. Het zou me niet meer dan een week kosten om mijn kennis daaromtrent weer op te halen, te verfijnen en geschikt te maken om ook anderen dat te leren.
Daarmee ben ik voor wat het Amerikaanse zeevaartonderwijs weer terug bij waar ik in oktober 2015 ook was: ik heb er bepaald geen hoge pet van op en dat is een understatement. Juister gezegd komt het me voor dat het weinig meer is dan gebakken lucht verpakt in flinterdunne gouden ballonnen die met veel muziek en pomp and circumstance worden opgelaten. Ik vind dat jammer. Ik vind dat een trieste gedachte omdat het me wat Amerika betreft aan andere zaken die ik altijd als vaststaand en vanzelfsprekend had aangenomen, doet twijfelen. Maar het maakt ook dat ik des te meer benieuwd ben naar die twee rapporten die te zijner tijd zullen verschijnen.
-------------------------------