Scheepsschilderijen

Ook ruimte voor kunstschilderen en andere vormen van kunst.
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

Mooi, Jan.
groeten
Evert Sikkema

Gebruikersavatar
Jan de Reus
Berichten: 750
Lid geworden op: 15 mei 2010 09:50
Locatie: Voorburg
Contacteer:

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Jan de Reus »

Lord Elgin

De stalen bark ‘Lord Elgin’ werd in 1891 gebouwd bij de werf Workman, Clark and Co te Belfast, Noord Ierland. Het schip had toen de naam ‘Archdale’. In 1894 kreeg het schip de naam ‘Lord Elgin’. Eigenaar was de rederij Sailing Ship Lord Elgin Co Ltd (J. Herron and Co) uit Liverpool. Later werd dit R. Russell and Co.

Inhoud: 1557 bruto ton
Lengte: 256,2 ft (78 m)
Breedte: 38,0 ft (11,6 m)
Diepgang: 21,9 ft (6,7 m)

Jan
Bijlagen
Lord Elgin_150kB.jpg
Lord Elgin_150kB.jpg (146.08 KiB) 7923 keer bekeken
't Is een smul! http://www.jandereus.nl
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

Jaarstroom met Afrikaanse kust     .jpg
Jaarstroom met Afrikaanse kust .jpg (173.1 KiB) 7802 keer bekeken
De Jaarstroom uit 1922 (van de HSM en varend voor de HWAL) ligt hier boomstammen te laden voor de Afrikaanse westkust. De rivieren waren vaak te ondiep om naar binnen te gaan en dan ging een barkas van het schip de rivier op' om de boomstammen naar buiten te slepen. De boomstammen, waarin pinnen met een oog geslagen waren, werden met een kabel/tros aan elkaar verbonden. De barkas (kon ook een plaatselijk sleepbootje zijn) sleepte dan het vlot naar het schip op de rede. Er moest wel gewacht worden op afgaand tij (en de stroom van de rivier mee) om het 'vlot' naar buiten te kunnen slepen omdat de barkas / het sleepbootje niet sterk genoeg was om tegen de stroom in te varen met die zware lading aan een tros. Bij de (in dit geval) Jaarstroom aangekomen, werden de stammen, die soms 7 tot 10 ton per stuk wogen aan boord gehesen.
Het schip is in 1956 gesloopt.
Voor meer gegevens van het schip zie hier: http://www.marhisdata.nl/main.php?to_page=schip&id=3092

groeten
Evert Sikkema
Gebruikersavatar
Jan de Reus
Berichten: 750
Lid geworden op: 15 mei 2010 09:50
Locatie: Voorburg
Contacteer:

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Jan de Reus »

SS Rotterdam

Het stoomschip Rotterdam uit 1959 is het vijfde schip met die naam, in dienst van de Holland-Amerika Lijn (HAL). De kiellegging bij de Rotterdamse Droogdok Maatschappij NV vond plaats op 14 december 1956 en de tewaterlating op 13 september 1958. De doop werd verricht door Koningin Juliana. Het schip kwam op 20 augustus 1959 in de vaart.

Het is een van de bekendste naoorlogse Nederlandse passagiersschepen. Het maakte tussen 1959 en eind 2000 het laatste decennium mee van de trans-Atlantische lijnvaart en was daarna een succesvol cruiseschip. Sinds 4 augustus 2008 ligt het stoomschip als drijvende attractie (rondleidingen, hotel-café-restaurant) in de Maashaven te Rotterdam.

De ‘Rotterdam’ was oorspronkelijk ontworpen als 'running mate' voor de populaire Nieuw Amsterdam van 1938, maar de ontwerpwerkzaamheden werden als gevolg van het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog stopgezet. Toen de economische omstandigheden zodanig waren verbeterd, dat men begin 1954 opnieuw over de bouw van het schip ging nadenken, was het al duidelijk dat aan de tijd van het trans-Atlantische passagiersschip een eind zou komen. De ontwerpers hadden dat in het achterhoofd, toen ze een zeer vernieuwend schip ontwierpen: een schip met twee klassen, horizontaal gescheiden met verwijderbare wanden en een uniek dubbel trappenhuis dat een eenvoudige ombouw naar één klasse mogelijk maakte.

De machine-installatie werd op driekwart van achteren geplaatst en in plaats van schoorstenen kreeg het schip twee moderne rookkanalen. Om het schip toch een gestroomlijnd profiel te geven werd een groot dekhuis geplaatst boven op de opbouw midscheeps waar normaal de schoorsteen zou staan. Hiermee werd het een voor die tijd controversieel schip, maar dit profiel zou later baanbrekend blijken te zijn en diverse onderdelen van het ontwerp zijn in latere cruiseschepen terug te vinden.

Technische gegevens:
Inhoud: 38.645 brt
Lengte: 228,12 m
Breedte: 28.65 m
Diepgang: 9 m
Voortstuwing: 4 ketels (3 actief, 1 reserve) gekoppeld aan 2 triple expansie Parsons stoomturbines met een vermogen van 35.000 pk bij 135,5 omwenteling per minuut, 2 driebladige schroeven.
Max snelheid: 21,5 knopen
Aantal passagiers: 1.456
Aantal bemanningsleden: 776

Lijnvaart
In de eerste tien jaar zette de HAL de Rotterdam van april tot en met december voornamelijk in op de trans-Atlantische route Rotterdam - New York, buiten het seizoen voerde het schip cruises uit. Zo vertrok het schip op 3 september 1959 vanuit Rotterdam voor haar maidentrip naar New York. Op deze route werden meestal Le Havre en Southampton aangedaan. Het schip maakte in dit eerste seizoen maar vier overtochten, want op 11 december begon ze aan haar eerste cruise, een 49-daagse reis van 14.878 zeemijlen langs zestien havens in Midden- en Zuid-Amerika, gevolgd door een 75-daagse vier-continenten-cruise. In april 1960 hervatte het weer de trans-Atlantische dienst. Dit patroon zou zich in de daarop volgende jaren herhalen.
In 1961 en in 1962 maakte de Rotterdam van februari tot april een cruise rondom de wereld. De reclame-slogan was 'around the world in eighty days'. De reis was geheel volgeboekt met vooral rijke Amerikanen. De reis ging van New York de Atlantische Oceaan over, de Middellandse Zee en het Suezkanaal door naar India. Vervolgens werden Taiwan, Hongkong en Yokohama aangedaan. Hierna volgde de grote oversteek naar Hawaï, vervolgens ging het via Californië en Mexico via het Panamakanaal weer terug naar New York.

Cruisevaart
Inmiddels had het vliegverkeer de trans-Atlantische passagierslijnvaart geheel verdrongen. In 1968 kondigde de HAL daarom aan dat het de 'grote drie' in zijn vloot, de Nieuw Amsterdam (II), Statendam (IV) en Rotterdam, min of meer uitsluitend op de cruisevaart zou gaan inzetten en hiervoor zou verbouwen. De Rotterdam keerde op 3 oktober 1968 in Rotterdam terug van haar laatste trans-Atlantische reis en ging naar de RDM voor de verbouwing.
Na een twee maanden durende verbouwing bij de RDM waarbij het schip werd ingericht tot om alleen nog als cruiseschip te worden gebruikt, vertrok het op 9 december 1968 weer uit de Maasstad. Er ontstond een min of meer regelmatig patroon van wintercruises in het Caraïbisch gebied en zomerreizen in Alaska. De maanden januari tot en met april waren gereserveerd voor de traditionele wereldcruise, die de Rotterdam al in 1961 van de Statendam had overgenomen. De circa tachtig dagen durende ‘rond-de-wereld-cruise’ van de HAL werd een begrip en een steeds groter aantal, vooral Amerikaanse passagiers bouwde hierdoor een langdurige, min of meer vaste relatie met het schip op.

Door de vooral op de Amerikaanse markt gerichte cruisevaart en de toenemende efficiency bij de HAL werd de band met Nederland en de thuishaven Rotterdam steeds losser. In de eerste drie jaar na de verbouwing kwam de Rotterdam nog speciaal vanuit Noord-Amerika voor de jaarlijkse dokbeurt naar Rotterdam, waaraan de rederij handig twee trans-Atlantische overtochten koppelde. Maar ook dat kon goedkoper en vanaf 1972 vond het onderhoud bij scheepswerven in Amerika plaats. Daarmee was de relatie met Rotterdam verbroken, en na een laatste dokbeurt in Rotterdam vertrok het schip op 6 oktober 1971 uit haar thuishaven. Het zou 27 jaar duren voordat het schip, onder een andere naam, de Rotterdamse haven weer zou aandoen.

Ook andere zaken veranderden. Nadat al eerder een modern gestileerd logo het oude HAL-beeldmerk van de middenopbouw had verdrongen, volgden in de jaren daarna andere aanpassingen die het schip minder vertrouwd maakten: in april 1973 werd het onder de goedkopere vlag van de Nederlandse Antillen gebracht en kreeg het Willemstad als thuishaven achter op het schip geschilderd. Tegelijk veranderde de eigenaar zijn naam in Holland America Cruises en in oktober 1973 werd de grijze romp blauw geschilderd.

Met de opkomst van steeds modernere en grotere cruiseschepen, ook voor de lagere marktsegmenten, en het verdwijnen van oudere tonnage bij andere rederijen, veranderde het onder de bijnaam 'Grand Dame' langzaam tot een icoon van een voorbije tijd. Een bepaalde groep vooral kapitaalkrachtige passagiers vond dit aantrekkelijk en koos juist daarom voor een cruise op de Rotterdam. Het schip bleef daarom een belangrijke inkomstenbron voor de maatschappij.

Ook Holland America Cruises zag in dat niet iedere modernisering een verbetering was en dat teruggrijpen op het Nederlandse verleden onder de vooral Amerikaanse clientèle goed kon uitpakken. Vanaf 1986 noemde de rederij zich weer Holland America Line en introduceerde het een nieuw logo waarin het oude beeldmerk was verwerkt. In 1989 werd de divisie toerisme van de HAL verkocht aan Carnival Cruise Lines in Miami, maar onder eigen naam voortgezet. Ook Carnival maakte graag goede sier met de Nederlandse, degelijke reputatie van de HAL en de bijzondere plaats, die de Rotterdam inmiddels in de cruisewereld had ingenomen. Dat bleek uit de investering die Carnival deed toen het schip in september 1989 een grootscheepse renovatie onderging bij Northwest Marine Ironworks in Portland, Oregon.

Toch moest in de jaren negentig ook de Rotterdam voldoen aan steeds verder opgeschroefde SOLAS-veiligheidseisen, waarvoor nieuwe aanpassingen aan het schip noodzakelijk waren. Uiteindelijk leek de rederij dit niet meer rendabel. Tot treurnis van een grote schare vaste cruisegangers kondigde de HAL daarom in 1997 aan dat het schip uit de vaart zou worden genomen en dat een vervanger was besteld, die als Rotterdam (VI) in de vaart zou komen. Met een 'gala finale cruise' beëindigde de Rotterdam op 30 september 1997 in Fort Lauderdale haar laatste cruiseseizoen.

Premier Cruises
Het schip werd op 3 oktober 1997 in Norfolk overgenomen door de Amerikaanse cruisemaatschappij Premier Cruises, een maatschappij die een markt zag in de exploitatie van oudere, van stoomturbines voorziene, tweedehands schepen. Deze bracht het schip onder de vlag van de Bahama's, thuishaven Nassau, en herdoopte het in Rembrandt, om op die manier de Nederlandse identiteit en vaste klanten te behouden. Het werd in Norfolk en Freeport op de Bahama's aangepast aan de nieuwe veiligheidseisen en maakte vanaf 8 december 1997 haar eerste cruise vanuit Brazilië.
In mei 1998 werd het vaargebied verlegd naar Europa, waar het programma op 26 oktober 1998 eindigde in Rotterdam, de oude thuishaven, na 27 jaar afwezigheid. Het schip bleef onder veel belangstelling twee nachten over aan de vertrouwde Wilhelminakade, voordat het een klassieke koers inzette: een trans-Atlantische overtocht via Southampton naar New York.

Premier Cruises kwam in 2000 echter onverwacht in financiële problemen en op 14 september werd de Rembrandt tijdens een cruise in Halifax (Nova Scotia) op verzoek van een Amerikaanse investeringsbank aan de ketting gelegd. Nadat de passagiers het schip hadden verlaten werd het op 21 september opgelegd in Freeport.

Behoud
Inmiddels was in mei 2001 de 'Stichting Behoud Stoomschip Rotterdam' opgericht die zich inzette voor het behoud van het schip als maritiem erfgoed. Het doel van de stichting was het schip weer in Rotterdam af te meren als statische attractie met een nieuwe functie.

Na talloze geruchten en problemen deed de investeringsbank het schip op 1 mei 2003 over aan RDM BV, een vennootschap van bedrijvendokter Joep van den Nieuwenhuyzen, die het schip onderbracht in een afzonderlijke vennootschap: ss Rotterdam BV. Het benodigde bedrag, de schrootwaarde van vijf miljoen euro, werd voorgefinancierd door het Gemeentelijk Havenbedrijf Rotterdam (GHR). Doel was het schip te verbouwen tot drijvend hotel, restaurant, congrescentrum en casino in Rotterdam.

Na drie jaar en negen maanden stilgelegen te hebben, vertrok de Rotterdam op 17 juni 2004 aan de tros van een sleepboot uit Freeport naar Gibraltar, waar het op 12 juli 2004 werd afgemeerd. Hier werden de eerste voorbereidende werkzaamheden voor de renovatie uitgevoerd: het inventariseren van de verschillende asbesttoepassingen. In augustus stonden de oude naam en thuishaven alweer op het schip.
Op 24 en 25 november 2005 werd de Rotterdam van Gibraltar naar Cádiz versleept, waar het in een droogdok werd gezet om geheel opnieuw te worden geschilderd in de originele kleuren. Inmiddels was voor de uiteindelijke verbouwing een scheepswerf in Gdańsk uitgekozen. Opnieuw maakte een sleepboot vast en vertrok het sleeptransport op 10 februari 2006 uit Cádiz. Tijdens de reis passeerde de Rotterdam op 19 februari de Nederlandse kust, een moment dat door een luchtfotograaf werd vastgelegd. Op 27 februari werd het schip afgemeerd aan een pier in Gdańsk.

In Gdańsk ontstonden problemen, veroorzaakt door zakken met asbesthoudende materialen die zich nog aan boord bevonden, wat volgens de Poolse autoriteiten verboden was. Langdurige bureaucratische verwikkelingen, waarbij zich aan boord nestelende beschermde zwaluwen ook nog een rol speelden, hielden de geplande werkzaamheden aan het schip sindsdien tegen. Uiteindelijk besloten de Poolse autoriteiten dat de Rotterdam moest vertrekken. Op 25 augustus 2006 vertrok het schip achter een sleepboot uit de haven van Gdańsk en op 2 september kwam het aan in Wilhelmshaven. Daar werd het asbest-afval verwijderd en werd het schip grondig gerenoveerd en gereedgemaakt voor zijn nieuwe functies in Rotterdam.

Het was eind 2010 de vraag of Woonbron gezien de financiële perikelen het schip in Rotterdam zou laten liggen als er een beter bod kwam om het schip naar elders te verslepen. Uit het jaarverslag 2010 bleek vervolgens, dat er weer een verlies moest worden genomen, ditmaal van € 38 miljoen. Opnieuw werd opgemerkt dat het schip niet per se in Rotterdam blijft na verkoop, omdat de prijs, dus de koper, dat bepaalt.

Op 2 november 2012 werd bekendgemaakt dat Woonbron het schip aan WestCord Hotels heeft verkocht voor € 29,9 miljoen. De hotelketen heeft in Nederland al 14 hotels, waaronder het Rotterdamse Hotel New York. Hiermee blijft het schip behouden voor Rotterdam.

Jan
Bijlagen
SS-Rotterdam_150kB.jpg
SS-Rotterdam_150kB.jpg (146.45 KiB) 7733 keer bekeken
't Is een smul! http://www.jandereus.nl
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

In vervolg op de Noordam en de Zaandam uit 1938 gaf de HAL in 1939 aan de werf Wilton Fijenoord de opdracht om nog 2 soortgelijke schepen, die weliswaar iets groter zouden worden (ruim 12.000 ton), te bouwen. Dat moesten de Westerdam en Zuiderdam worden, maar de 2e Wereldoorlog gooide roet in het eten. Dit leidde er toe dat uiteindelijk de Westerdam onder water verdween door een aanval van Britse bommenwerpers. Het wrak werd door de Duitsers gelicht om het als blokkadeschip in de Nieuwe Waterweg te gebruiken. Voordat dit plan tot uitvoer gebracht kon worden lieten mensen van het verzet het schip zinken. Het werd opnieuw gelicht maar begin '45 zagen leden van het verzet kans om kleefbommen aan de romp te bevestigen, waarna het casco van de Westerdam opnieuw zonk.
In de herfst van 1945 werd het schip gelicht en kon aan herstel en uiteindelijk afbouw worden begonnen. Eind juni 1946 kon dan uiteindelijk de eerste reis plaats vinden naar New York.
Het casco van de Zuiderdam overkwam min of meer hetzelfde in de oorlog, na een bombardement van Britse vliegtuigen brandde het schip uit, waarna het wel weer gelicht werd en door de Duitsers als blokkadeschip in de buurt van Maassluis tot zinken werd gebracht. Toen het na de oorlog gelicht werd bleek dat herstel niet meer mogelijk was en is het wrak gesloopt.
De Westerdam heeft tot 1964 op de Noord Atlantische route gevaren en is in 1965 in Spanje gesloopt. In feite is 18 / 19 jaar voor een schip niet zo lang, maar ook hier moest de passagiersvaart het onderspit delven, het vliegtuig werd het vervoermiddel om snel aan de overkant van de oceaan te komen.
Westerdam 20180108.jpg
Westerdam 20180108.jpg (172.5 KiB) 7556 keer bekeken
groeten
Evert Sikkema
Old Fart
Berichten: 435
Lid geworden op: 06 aug 2010 20:25
Locatie: Arnemuiden

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Old Fart »

La Guaira,Venezuela, 1977
V.l.n.r. de Alcor-NiGoCo, Marietje Beumer-Nautiek,Cedarbank-Bankline ,havensleper en de kop van de Wiebold Beumer. Gouache.
grn,
Old Fart Frits Hoogstrate
Cedarbank in La Guaira.jpg-1024.jpg
Cedarbank in La Guaira.jpg-1024.jpg (187.39 KiB) 7484 keer bekeken
Old Fart
Berichten: 435
Lid geworden op: 06 aug 2010 20:25
Locatie: Arnemuiden

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Old Fart »

Onderschepping
De Franse loodskotter Jolie Brise (1913) onderschept een windjammer om een loods te leveren.Gouache
grn,Frits Hoogstrate
IMGP4141.jpg-1024.jpg
IMGP4141.jpg-1024.jpg (181.9 KiB) 7483 keer bekeken
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

Blommersdyk 20180120.jpg
Blommersdyk 20180120.jpg (133.86 KiB) 7293 keer bekeken
Blommersdyk 1922 - 1957 / 1959
De Blommerdyk was een schip van bijna 7.000 bruto ton met de volgende afmetingen (L x B x H in meters) 126,93 x 16,55 x 11,89.
Gebouwd bij Van der Giessen en Zonen in Krimpen a/d IJssel.
De voortstuwing gebeurde door 2 stoomturbines van het merk John Brown-Harland & Wollf uit Belfast gekoppeld op 1 schroefas. Dit leverde een snelheid op van 12,5 kn.
Bij aanvang bestond de bemanning uit 51 'koppen' en was er plaats voor 3 passagiers. In 1934 is de passagiersaccomodatie verhoogd naar 7.
Het schip heeft tot 1957 voor de HAL gevaren, waarna het verkocht is. De sloop volgde in 1959.

De Blommersdyk was er één uit een serie van 8 schepen en het enige schip dat de Tweede Wereldoorlog overleefd heeft.
De andere schepen waren:
Beemsterdyk 1922 - 1941 (in kanaal van Bristol op mijn gelopen)
Bilderdyk 1922 - 1940 (op de Atlantische Oceaan getorpedeerd door de U 47)
Binnendyk 1921 - 1939 (in Engelse Kanaal op een mijn gelopen)
Blijdendyk (of Blydendyk?) (in 1930 in brand in de Rode Zee)
Boschdyk (op 10 mei 1940 te Rotterdam in brand geraakt)
Breedyk ( op 14 september 1942 door U 68 getorpedeerd ongeveer 150 mijl bezuiden kaap Palmas)
Burgerdyk (op 10 februari 1940 60 mijl zuidelijk van Bishop Rock door U 48 getorpedeerd)

groeten
Evert Sikkema
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

De Paloh en de Le Maire.
Le Maire en Paloh 20171122-01.jpg
Le Maire en Paloh 20171122-01.jpg (200.9 KiB) 7218 keer bekeken
Beide aparte schepen, die ik voor iemand geschilderd heb die aan bdeze 2 schepen heel goede herinneringen had over gehouden.

Paloh: gebouwd in 1921 als 3 mast schoener voor een Duitse rederij, met een hulpmotor van 61 pk. In 1924 ging dit scheepje naar de firma Buyn & Co in Batavia, die het scheepje (dat toen Paloh heette) in 1937 aan de KPM verkocht. Er werd toen een Brons motor in gebouwd. In 1942 werd het in de haven van Tandjong Perak (Soerabaja) door de bemanning tot zinken gebracht, maar door de Japanners gelicht. Na het beëindigen van de oorlog werd het schip terug gevonden in Makassar op Celebes (Sulawesi). Het schip heeft tot 1958 voor de KPM gevaren en werd toen verkocht naar Singapore, waarna het tot 1970 onder de naam Hong Hai heeft gevaren. Vervolgens heeft ze nog tot 1985 gevaren onder de naam Dragon Horn. Wat er daarna is gebeurd is niet bekend.

Een aardige anekdote over dit schip: De Brons motor haperde nog wel eens, maar het schip was voorzien van hulpzeilen. Toen de motor het weer een keer begaf, liet de kapitein de zeilen hijsen en zo kwamen ze de haven binnen. De KPM was 'not amused' en heeft daarna de mast en zeilen laten verwijderen van het schip.

Het scheepje werd in de tijd van de KPM voor allerlei vracht ingezet, kolen, olie, rotan en zelfs een keer allerlei gammelan instrumenten.

Dan de Le Maire. Ook al zo'n apart schip. Gebouwd in 1944 in opdracht van de Russische Marine als 'zeelichter'. Ik heb geen idee wat dat is, maar op internet vond ik: duwbak die is gebouwd om aan boord van een zeeschip te kunnen worden vervoerd en om de binnenwateren te bevaren.
Maar voor de kiellegging namen de Duitsers de bouw over en werd er een 'nettenlegger' van gemaakt, maar heeft nooit als zodanig dienst gedaan. Uiteindelijk kwam het schip in 1947 in Noorwegen terecht en voer tot 1951 als Norvest.
In laatst genoemd jaar kocht de KPM het schip en gaf het de naam Le Maire. In 1959 werd het schip weer verkocht en kreeg het de naam Dartford. In 1968 is het schip gesloopt.
Dit schip heeft in de KPM tijd steeds gevaren tussen Noord Sumatra en Japan met olienoten en vaak ging er ook cement mee als ik me goed herinner.

groeten
Evert Sikkema
Old Fart
Berichten: 435
Lid geworden op: 06 aug 2010 20:25
Locatie: Arnemuiden

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Old Fart »

Grimsby for orders.
De coaster PAVONIS - 1960,brt. 384 ,onderweg naar de Humber en bezig Norfolk te ronden t.h.v. Cromer.
Gouache 48x36 cm.
grn,
Frits Hoogstrate
Pavonis-1500.jpg
Pavonis-1500.jpg (128.09 KiB) 7040 keer bekeken


Plaats reactie