Scheepsschilderijen

Ook ruimte voor kunstschilderen en andere vormen van kunst.
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14382
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Harry G. Hogeboom »

dan wil ik dat verhaaltje hier met alle plezier nog eens plaatsen. Ik wil me echter niet opdringen. Schrijven is toch al egotrippen, dus om dat er nu ook nog eens dik bovenop te leggen ...Ik hoor het wel.
Zoals Jossie al zo haarfijn en zeer scherp uitlegt " de meeste lezers lezen alleen"......en daarom worden "ze" dan ook " lezers" genoemd Theo. :lol:
Maar of je nou aan het egotrippen bent of nait, dat kan me geen moer schelen, ik wil dat verhaaltje van jou, getypt op die ouwe Remington wel eens graag lezen..........die Tempo Doeloe verhalen interesseren me mateloos en ik ben blij dat ik er nog " net een pietsie aan/van heb geproefd" weliswaar op het scheiden van de markt........maar toch!....als ik 100 jaar eerder had geleefd dan was ik vast een echte " Koloniaal" geworden :roll: Ik heb hier trouwens nog een echte en nog werkende Canadese uitvoering van zo'n Remington staan.....toendertijd noemden ze dat hier "in the colonies" dus een ROYAL...........aahwel........een niew lintje d'r in en " weg gaattie".lijkt me ook wel een stuk handiger dan dat gelazer met een kroontjes pen en een potje inkt :mrgreen: :roll:

Trouwens een prachtig schilderij Evert, ik heb slechts op nuchtere oliepotten van Ome Jacobus uut Broabant gevaarn, anders zou ik er eentje bij je bestellen. :lol:
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"

Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

Gelukkig! Ik was al bang dat jullie het nooit zouden vragen. :-D
Morgenochtend. Nu eerst even rusten en wat mediteren.
Ik meen dat het een oude Remington was uit het ladingklerkenkantoor van de Waiwerang. Kan ook een Underwood zijn geweest. Op een Royal leerde ik in 1946 typen. Die had mijn vader na de oorlog uit Amerika meegenomen voor mijn zuster. Een Royal portable met de "Magic Margin". Ze heeft hem tot begin tachtiger jaren gebruikt, tot ze haar eerste pc kreeg, een Sinclair QL. Toen ik afgelopen september bij haar was, net voordat ze overleed, stond die Royal nog altijd in een hoekje van haar kamer. Daar heeft ze toch ook minstens veertig vertalingen uit gerammeld. Ik mis haar een beetje.
Morgen zal ik dat verhaaltje plaatsen, compleet met de recensie van de Haagse Post. De veren in mijn kont zijn ook na al die jaren nog steeds zichtbaar ... :roll:
Een prettige avond verder.
Jos Komen (R.I.P)

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Jos Komen (R.I.P) »

Zoals Jossie al zo haarfijn en zeer scherp uitlegt " de meeste lezers lezen alleen"......
Ik krijg regelmatig mailtjes van oplettende lezertjes die ergens wel willen reageren, maar een soort drempelvrees weerhoudt ze ervan. :(
Een lezende lezer leest, een naaimachine naait, maar een nietmachine niet.....
Maar ik dwaal wel heel erg af, het gaat hier over scheepsschilderijen en niet over zigzagnaaimachines. :lol:
Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

Nou kan ik die oude Haagse Post uit 1974 toch nergens meer terugvinden. Is me dat wat. Hij is ergens, ik weet het zeker. Ik zie hem voor me: Yasser Arafat staat met een theedoek om zijn hoofd op de voorpagina. Nou ja, ik vind hem vast nog wel eens, dus dan moeten de geachte leden die prachtige recensie maar van me te goed houden en me op mijn woord en mijn mooie blauwe ogen geloven dat het inderdaad een prachtige recensie was. Van zo'n klein stukkie - goed zeshonderd woorden - dat ik bijna twintig jaar eerder had geschreven.

Maar dat stond dus in Van kim tot kim. Op Boekwinkeltjes worden nog vijf exemplaren aangeboden, van 2,50 tot 9 euro.

----------------------------------Afbeelding

Dat geval speelde op Bali, waar we vee moesten laden voor Manilla, een van de weinige keren dat ik met een schip van de KPM buiten de archipel kwam. De Waiwerang was een veeboot. Voordat ik op dit schip kwam, voelde ik me helemaal niet lekker als ik door een weiland liep met een stel goedmoedige Hollandse koeien. Na een paar weken Waiwerang was ik een complete veedrijver geworden en stond tussen het vee in met een eind bamboe om ze op te drijven. Men leert snel.
Voor witte stieren - dat zijn die bekende beesten met zo’n bult net achter de kop - heb ik altijd een heilig ontzag gehouden. Die wilden eerst niet aan boord en op de plaats van bestemming niet ván boord. De beste oplossing was dan om ze kwaad te maken en er vooraan te hollen. Als je dan snel een hoek omging, rende de stier rechtdoor. Eén keer heb ik onderdeks aan de pijpen gehangen en schoot de stier onder me door. Dat was niet de bedoeling, want zo flink was ik niet, maar wel de enige uitweg.

Eenmaal geladen en op zee was het vee rustig. We hadden speciale verzorgers aan boord en de dieren kregen goed te eten en te drinken. Wel moest je goed oppassen als je er ‘s nachts, als je na de wacht de verplichte ronde maakte, tussendoor liep. De paden tussen de rijen vee door waren maar smal en vooral als de dieren sliepen, moest je oppassen dat ze niet van je schrokken. Het beste was om er fluitend of zingend tussendoor te lopen. Het was niet voor niets dat de cowboys die vroeger met enorme kudden door de prairie trokken, ‘s nachts, als het
vee rustte en een paar man te paard rondom de kudde reden om ze te bewaken, altijd floten of zongen. Dat hield de dieren rustig.
Als die kleine paardjes wakker schrokken, konden ze gemeen bijten, maar liep je er fluitend tussendoor, dan gebeurde er niets.
Karbouwen was weer een ander verhaal. dat zijn heel goedmoedige dieren, maar ze hebben van die enorme horens met opstaande punten. Als een karbouw even zijn kop beweegt, gaat die punt soms wel een halve meter omhoog. Liep je daar tussendoor, dan greep je steeds links en rechts de horens van de dieren vlak voor je vast en liep zo hand over hand verder. Een karbouwenhoorn in de kont is zeer pijnlijk en niet ongevaarlijk. Zo leerde men als eenvoudig zeeman ook nog iets van het boerenbedrijf.

Gewoonlijk werd het vee bij het laden en lossen erg slecht behandeld en daar kon je niets tegen doen. Tijdens de reis hadden ze het goed, met plenty voer en drinkwater. Eerst wilden ze niet aan boord, maar na een dag of wat lekker eten en drinken had je ook weer de grootste moeite om ze ván boord te krijgen. Die sapi's van Bali was fokvee, kostbaar vee dat met zorg werd behandeld. Toen hadden we ook extra verzorgers en een veearts aan boord.

De foto's hieronder heb ik die dag op Bali gemaakt. De prauw en de veetrap.
    • Afbeelding--Afbeelding
Gaan we nu naar het stuk zelf. Het is zestig (!) jaar geleden dat ik het schreef, maar zelfs nu zou ik er niets aan veranderen, geen woord, geen komma en geen punt. Het taalgebruik komt niet gedateerd over. Klein stukkie maar. Een impressie recht uit het hart geschreven.


    • ----------------------------------------Afbeelding

      Bali

      Njoman Karse is dood.
      Een vreemde naam van een vreemde jongen, ergens in een vreemd land. Hij is dood en daar is de wereld niets door veranderd. De tropische natuur is er niet minder overdadig door geworden en de miljoenen insecten zijn er niet minder luidruchtig door op deze stille avond.
      Ik heb hem voor mijn voeten zien sterven. Misschien dat het daardoor op mij zo’n indruk heeft gemaakt.
      De hele dag hadden we vanuit prauwen vee geladen, prachtige reebruine dieren, fokvee, waardoor er voor de verandering eens fatsoenlijk mee werd omgesprongen. Staarten werden er niet gebroken en geen neusringen uitgetrokken. Zenuwachtig groepten ze bijeen in de diepe prauwen, waarmee ze langszij werden gebracht onder onze veetrap.
      “Aria!”
      Dan werd de veetrap over de kop van de winch gevierd tot hij op de prauw rustte en het vee naar boven gedreven, de vreemde duisternis van het schip in.
      Op de prauwen was het een normale drukte van kleine, beweeglijke, bruine kereltjes in vodderige broeken en hemden, met rafelige hoeden op. Ze kletsten en lachten aan één stuk door. Plotseling kon er soms een vreemd lied opklinken, dat dan direct door de anderen werd overgenomen.
      Ik moest naar de wal en stond op de veetrap te wachten tot deze op de prauw gevierd zou worden, die al langzaam aan kwam glijden.
      “Aria!”
      Een schokje en de trap vierde, stopte, vierde weer langzaam.
      Waar de kerel opeens vandaan was gekomen, wist ik niet, maar hij zat onder de trap toen het eind van de lijn van de kop van de winch schoot en de trap met een dreun op de prauw viel.
      Ik zag hoe zijn lichaam verkreukeld werd onder het gewicht van hardhout en staal, op de rand van de prauw.
      Daarboven hadden ze als de bliksem het eind weer op de kop en hieuwden ze verschrikt met een ruk, nog vóór iemand “hieuwop!” had geschreeuwd.
      Even aarzelde het lichaam op de rand van de prauw, toen viel het aan de binnenkant neer op de ruggen der dieren; daar bleef het liggen. Ik keek eigenlijk alleen naar de trillende koe, die zenuwachtig door de neus blies en haar bolle ogen ver naar achteren draaide. Iemand lachte gillend en anderen lachten mee, zoals dat de gewoonte is als iemand een ongeluk overkomt. Een soort minachting is dat.
      Ik kon niets meer doen, maar vaardige handen hadden het slachtoffer al uit de prauw gevist en op de motorboot gedragen. Ik zag hem bewegen en verwonderde me erover dat hij dus nog leefde.
      “Naar de wal met die kerel!” werd er van de brug af geroepen. Maar nee, eerst moest zijn hoed nog worden opgevist, die in het water was gevallen en inmiddels al een eindje was afgedreven. Het duurde een hele tijd voor ze hem hadden; iemand sloeg het water eruit en zette hem op.
      Het lichaam bewoog niet meer, lag daar maar stil op het groene dekje van de motorboot, in een vreemde houding, de benen stakerig uit de rafelige broek.
      Een uur later kwamen de soldaten om de winchgasten te arresteren en werd er proces-verbaal opgemaakt.
      Njoman Karse was dat geweest. Hij was dood en ergens aan de wal zou er wel iemand om hem treuren.
      Het laden ging door en er raakte een kalf te water, maar gelukkig was het er uit, vóór het water naar binnen had gekregen.
      Die avond konden we niet varen; onze winchgasten kwamen de volgende dag pas weer vrij. Het gaf een heel geschrijf en gedoe.
      Njoman Karse is dood. Ik heb hem nooit gekend. Ik heb alleen gezien hoe hij voor mijn voeten gekraakt werd. Hij bezorgde mij een onrustige nacht.

      Padangbaai, Bali
      31 december 1955

      Afbeelding 1955-2016 Theo Horsten
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

Mooi geschreven over een verschrikkelijke gebeurtenis.

groeten
Evert Sikkema
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14382
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Harry G. Hogeboom »

Ik zie het gebeuren Theo, dat Njoman maar mag rusten in vrede daar ergens in dat mooi Tempo Doeloe.

PS. Je hebt me met dat verhaal weer mooi op kosten gejaagd, ik heb dat Kim boekie zojuist besteld ondanks dat ik me had voorgenomen om te stoppen met het "verzamelen van oud papier"........dat geeft de waarde aan van " goede voornemens"...ik heb al een klein plekke ingeruimd naast mijn kleine verzameling van Tempo Doeloe boeken van o.a. Bep Vuyck en Adriaan van Dis en dan sta je toch " in goed gezelschap" :lol:
Volgens mij moet dat toch wat ongelukkig zitten.....met al die veren in je kont!! :lol:
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Theo Horsten (R.I.P.)

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Theo Horsten (R.I.P.) »

----------------------------------------

Leuk boekje dat die centen best waard is. Keurig uitgegeven op mooi papier. Eerste druk in mei 1974, waarna er in november een tweede druk volgde. Niet slecht voor zo'n werkje. Dat was een mooie stichting, dat Nederlands Studiecentrum voor Zeevarenden en Wacht te Kooi was echt een mooie luchtpostkrant. Ik meen dat die verzorgd werd door het Algemeen Dagblad. Het Studiecentrum deed nog veel meer, maar wat precies, dat is bij mij in 'nevelen der tijd' verloren gegaan. :wink: Ze zaten aan de Veerhaven, ik meen in hetzelfde fraaie pand als Intershitra, dus aan de kant van het Museum voor Land- en Volkenkunde.

Er staan zelfs twee stukkies van mij in dat boekje en hoe dat tweede erin terecht is gekomen, is me helemaal een raadsel, want dat heb ik bij mijn beste weten helemaal nooit aan iemand gestuurd of zelfs maar laten lezen. Dat is nog veel korter dan bovenstaande belevenis, maar ook een impressie, nu van Ibiza waar we in 1960 of begin 1961 met de Balticborg, waar ik toen 2de stuurman op was, zout kwamen laden. Dat deden we aan de noordkant van het eiland, in een baai. De Bothniaborg lag er ook. Dat werd dus buurten, maar dat niet alleen. De voetbalwedstrijd tussen de Baltcborg en de Bothniaborg in het stadion van Eivissa - de officiële naam van Ibiza Stad - werd een historische gebeurtenis waarover de kranten schreven en niet alleen door de Nederlanders op Ibiza, maar ook door anderen nog lang werd nagepraat. Dat kwam niet door het sublieme spel van de voetballers, maar enkel en alleen door het optreden van de scheidsrechter, kapitein Sikke Bakker van de Bothniaborg. Dat was een voorstelling op zich; de voetbalwedstrijd zelf was bijzaak. Ik zou de foto's en de verslagen daarvan nog wel eens willen zien en lezen. Ik heb ze niet meer.

Dat dit zo spectaculair was, kwam alleen maar omdat Ibiza in 1960 nog niet door het massatoerisme was ontdekt en geëxploiteerd. Het was een eiland waar alleen excentrieke vakantiegangers kwamnen. Verder woonden en werkten daar vooral kunstenaars, schrijvers, schilders en zo. Ook was het een favoriete stek voor oud-Indiëgangers die in Nederland niet meer konden aarden, maar wel een paar centen hadden om op Ibiza een mooiu huis te kopen. Dat was toen zelfs nog zeer betaalbaar. Dat er nog geen sprake was van massatoerisme kwam ook omdat de infrastructuur daarvoor ontbrak. De elektriciteitsvoorziening bleef beperkt tot Eivissa en ik meen dat dat niet eens voor de hele stad was. Op veel plaatsen ging het licht 's avonds om tien uur uit. Bij die zoutverlading waar wij lagen, draaide een generator en ook die stopte 's avonds. Er was daar verder niks, alleen een heel klein, maar uiterst gezellig kroegje waar het ook 's avonds goed toeven was, als de generator af en de olielampen aan gingen. De uitbater van dat kroegje had in zijn schuur een auto staan die ergens uit de twintiger jaren stamde. Ik ben het merk vergeten, maar hij had nog hendels op het stuur zitten voor regeling van de ontsteking en weet ik wat nog meer, en van die enorme koplampen. Een prachtige, toen al oldtimer waarmee de man ons voor een heel redelijk bedrag naar Ibiza-Stad reed. Terug kon je dan wel een taxi nemen.

Hoe lang we daar hebben gelegen, ben ik vergeten, maar het was lang. Eerst moesten we wachten tot de Bothniaborg klaar was en toen kwamen wij aan de buurt om 2000 ton zout te laden, vanuit prauwen, met grote manden, dus dat duurt wel even. Dat waren werkelijk gouden dagen. We kregen nogal wat bezoek van Nederlanders, ook hele bekende, namen die misschien nu weinig mensen nog iets zullen zeggen, maar die toen alom bekend waren. Zo woonde bijvoorbeeld ook Mieke Bouman op Ibiza, de vrouw die bekend werd door het proces Jungschläger in Indonesië, wat net speelde toen ik ook in Indië zat. Zij werd in Nederland uitgeroepen tot een heldin, maar is nu, zestig jaar later volkomen vergeten. Ze stierf al in 1966. Of haar man, Herman Bouman, toen nog leefde, weet ik werkelijk niet meer. Maar dat soort mensen woonde daar toen. Ook een aantal mensen die toen bekend waren van hun werk voor de televisie, maar waarvan de namen me intussen ook ontschoten zijn. En het was een favoriete overwinteringsplaats voor professionele jachtschippers die wachtten tot hun werkgevers weer zin hadden om een eindje te gaan pleziervaren.

Op een van die gouden dagen op het Ibiza van toen, nam ik vrij en ging lopend naar Eivissa, langs de kust, wat toch al gauw een kilometer of dertig moet zijn geweest. Ach, je was jong, nietwaar? :-D
En die wandeling leverde deze korte impressie op, die ik hier dan ook maar zal plaatsen. Heel iets anders dan het vorige stukje. Rest mij nog te vermelden dat ik kort daarna van de Balticborg naar de Kroonborg ging om daar door Otto Lamian te worden beoordeeld op mijn geschiktheid voor kapitein. Ook dat was een mooie tijd. En waar gingen wij heen? Na in Barcelona te hebben gelost, gingen we naar Ibiza om aardappels te laden voor Shoreham. Toen lagen we in het haventje van Ibiza, op een steenworp afstand van al die gezellige kroegen vol artistiekelingen. Dat aardappelen laden was eveneens een gebed zonder einde, want die werden door de boeren met horten en stoten met paard-en-wagens langszij gebracht. Dat moet toch ook misntens een week hebben geduurd, als het geen tien dsagen waren en opnieuw beleefden we daar gouden dagen. Toen was geluk écht nog heel gewoon.
Ik ben later nooit meer terug geweest op Ibiza, maar ik denk ook niet dat het me nu nog zou trekken. Ik koester de herinneringen aan die dagen van weleer, herinneringen die best stof zouden kunnen opleveren voor nog een paar impressies. Maar anderzijds hoeft een mens ook niet alles te vertellen, of wel soms? :?

Hieronder die impresse uit 1961. Van die tijm die ik daar noem, werd een plaatselijk sopje gestookt. Het smaakte naar tijmsiroop, maar je kon er strontlazaarus van worden. :shock:

    • -------------------------------------------Afbeelding

      Ibiza

      Het is maar een zandpad tussen de weelderige plantengroei. Het is volkomen stil onder een blakerende zon en een strakblauwe hemel.
      Een hagedis die in het zand heeft liggen suffen, schiet weg voor mijn sloffende voetstappen.
      Ik snuif de allesoverheersende geur van tijm op. Het hele eiland lijkt te bestaan uit één grote, geurige bos tijm.
      Ik loop al lang, maar vermoeidheid voel ik niet. Ik geniet van de stilte; intense, volkomen stilte die in je oren suist.
      Het pad rijst en daalt, kronkelt en zwenkt, nadert soms de rand van de rotsen en geeft dan uitzicht op de blauwe zee, met vlekken
      van ondiepten.
      Stilte. Geen vogel. Geen krekel. Alleen mijn voetstappen.
      Er ligt een helderwit gepleisterd huisje. Het bord van Coca Cola gilt me tegemoet als de sirene van een brandweerauto. De reclame werkt, want ik merk dat ik dorst heb gekregen.
      De patio is leeg en door de open deur lokt het schemerdonker van het kroegje als een koele oase in de middaghitte.
      Een geit staat aan de tafel vastgebonden en mekkert zachtjes als ik binnenkom. In een hoek staat een houten wieg en ik kan het kind zien dat weerloos uitgestrekt in volkomen overgave ligt te slapen.
      Op de ruwe tapkast ligt een kat die één oog even opendoet. Ik durf hem niet te strelen, uit respect voor zijn siësta.
      Hoelang sta ik daar al?
      Het meisje heeft ogen als kolen en lang zwart haar.
      Ik zie de kleine, gouden ringetjes in haar oren en de felrode omslagdoek.
      Coca-Cola. IJskoud. Verder geen woord.
      De muntjes rinkelen op de tapkast.
      Het kind beweegt niet.
      Ik ben terug op de zandweg.
      De stilte is aloverheersend.


      Afbeelding 1961-2016 Theo Horsten
Gebruikersavatar
Harry G. Hogeboom
Berichten: 14382
Lid geworden op: 22 jul 2004 02:07
Locatie: Canada

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Harry G. Hogeboom »

De stilte is aloverheersend.
Jaa, die stilte en dat suizen in de oren heppik hier in Canada wel ervaren midden in de prairie.........zover als je kon kijken...niks...geen mens....net alsof je midden op zee "stond" :roll:
Kwam later die dag een ouwe baas tegen die me vertelde dattie "in the dirty thirties" 800 km had gelopen naar een papierfabriek om te vragen of ze daar een joppie voor hem hadden!! Juist dat lees je goed 800 km!!
MVG HGH.
"Don't sweat the small stuff"
Gebruikersavatar
Jan de Reus
Berichten: 753
Lid geworden op: 15 mei 2010 09:50
Locatie: Voorburg
Contacteer:

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Jan de Reus »

Mohawk

Naar een foto van Engelse fotograaf Frank Beken . Getoond wordt het jacht Mohawk tijdens een race ter hoogte van Hurst Castle tijdens de Royal Southampton Regatta van 1884.

Het racen met dergelijke grote jachten werd populair aan het eind e van de 19e eeuw en duurde tot aan de 2e wereldoorlog.

Een belangrijke rol hierbij speelde de in 1875 opgerichte Yacht Racing Association die vanaf 1881 de meetformules opstelde die de verdere ontwikkeling bepaalde bij het ontwerpen van jachten.

De Mohawk werd ontworpen door C.P Clayton en behoorde tot de 40 raters klasse.

Verdere details over dit fraaie jacht zijn mij helaas niet bekend.

Jan
Bijlagen
Mohawk_150kB.jpg
Mohawk_150kB.jpg (149.11 KiB) 4935 keer bekeken
't Is een smul! http://www.jandereus.nl
Evert Sikkema
Berichten: 995
Lid geworden op: 31 dec 2004 18:07

Re: Scheepsschilderijen

Bericht door Evert Sikkema »

Mooi hoor.

groeten
Evert Sikkema


Plaats reactie